De Ultner bevolking leeft rustig en teruggetrokken. De veeteelt is doorgaans de belangrijkste bron van inkomsten. Voor uw vakantie op de boerderij in het Ultental kunt u kiezen tussen verschillende dorpen: St. Pankraz, St. Walburg, Kuppelwies, St. Nikolaus en St. Gertraud.

Tradities en duurzaamheid 
Op de vier ‘Pilshöfen’ (boerderijen) in St. Gertraud kan men ook vandaag de dag nog zien hoe hard het leven van de Zuid-Tiroler boeren ooit was. De extreem steile bergweiden worden nog steeds met de hand bewerkt. Vroeger woonden hier rond de 50 mensen, maar tegenwoordig is er nog één jong stel en een paar ouderen.
Waterrijk en authentiek – dat zijn de twee kernwoorden voor het dal het Ultental. Het gebied strekt zich zo’n 40 kilometer uit, van hooggelegen gletsjers tot aan de Gaulschlucht-kloof in Lana. Er zijn talloze bergmeren, stuwmeren, geneeskrachtige bronnen, steile weidehellingen en dichte naaldbossen. Verschillende boerenwoningen zijn honderden jaren oud en op traditionele wijze met dakspanen bedekt. Het leven in dit dal staat in het teken van de boerencultuur. De Ultner bevolking heeft zich niet door de hectiek van het moderne leven laten overrompelen. De boeren houden kippen, koeien, varkens, schapen en geiten. Nog steeds roken ze hun ham veelal in de eigen rokerijen (‘Selchkammern’) die vroeger op elke boerderij te vinden waren.
In het voorjaar planten ze groenten en kruiden en in de zomer, als de koeien op de hooggelegen almen grazen, ruikt het dal naar het hooi dat binnen wordt gehaald. In de herfst vindt de beroemde ‘Almabtrieb’ plaats. Dan worden de koeien met grote klokken en prachtige kransen versierd, naar het dal gedreven en daar begroet met een groot feest, waarbij de zogenaamde ‘Goaßlschnöller’ hun leren zwepen laten knallen. De aanblik van deze feesten wordt verder bepaald door de ‘Ultner Einscheller’. Op hun schouders dragen ze oude jukken van trekdieren met bellen, die ritmisch klinken tijdens het lopen.
De wol van de schapen wordt elders als afval weggegooid, maar de Ultner boerinnen van de kleine coöperatie ‘Bergauf’ in Kuppelwies maken hier nuttige en warme producten van, zoals dekens, pantoffels en jassen. Wie tijdens een vakantie op de boerderij in het Ultental nog meer inzicht wil krijgen in de geschiedenis van het boerenleven, kan in St. Nikolaus het ‘Talmuseum’ bezichtigen. Traditioneel ingerichte woon- en werkkamers, en oude voorwerpen en werktuigen, geven de bezoeker een indrukwekkend beeld van de manier waarop de mensen hier vroeger leefden en werkten.

Weiden, bossen, alpenweiden en bergen
Een vakantiewoning in Ulten in St. Walburg, St. Nikolaus of St. Gertraud is een voortreffelijk beginpunt voor wandelingen. Op een middelmatige hoogte leidt de eenvoudige en gemoedelijke Sunnseitnweg van St. Walburg naar Kuppelwies. In Kuppelwies begint de iets pittiger Höfeweg naar St. Gertraud, waar men de wandeling kan beëindigen. Via de schaduwkant kan men eventueel de terugweg beginnen. De routes in het wandelgebied Schwemmalm variëren van eenvoudig tot gemiddeld zwaar. De alpinisten onder de bergwandelaars komen in het Nationale Park Stilfserjoch aan hun trekken. Het Ultental staat bovendien bekend om zijn meer dan 30 almen waar landbouw wordt bedreven. Hier worden almboter en kaas vervaardigd. Zwemmen, duiken en vissen kan in de maar liefst 44 meren.
Een vakantie in het Ultental is in de winter net zo fijn als in de ander seizoenen. Besneeuwde weiden en hellingen wachten op sneeuwschoenwandelaars en liefhebbers van skitochten. De langlaufers hebben een van de mooiste ‘Langlaufloipen’ van Zuid-Tirol tot hun beschikking. De Schwemmalm is niet alleen gezinsvriendelijk en lekker rustig, hij behoort ook tot de meest sneeuwzekere gebieden van Zuid-Tirol – een echte geheime tip.

De Ultner oerlariksen
In het achterste Ultental, in St. Gertraud, staan drie machtige monumenten van de natuur, de zogenaamde ‘Ultner Urlärchen’ (lariksbomen). Zo oud als de legende beweert (2000 jaar) zijn ze niet, maar ze trotseren toch zeker sinds 1000 jaar de elementen. De hoogste is 36,5 meter en heeft een omtrek van ruim acht meter. Er zijn vijf mannen met uitgespreide armen nodig om hem te omringen. Hier ligt ook het Nationalparkhaus Lahnersäge in de buurt, dat is gewijd aan de onderwerpen bos en hout. Er zijn thematische wandelroutes, talrijke tentoonstellingen en ook is het ‘Schauschneiden’ te zien, met het complete traject van boomstam tot kant-en-klare plank.