Bruneck ligt op 838 meter boven de zeespiegel en is het centrum van het Pustertal. Het grondgebied van de gemeente omvat het totale Brunecker keteldal en de plaatsen Aufhofen, Dietenheim, Luns, St. Georgen, Stegen en Reischach. Ook in cultureel en economisch opzicht is de gemeente Bruneck het middelpunt van het Pustertal.

De stad zelf heeft als ijzersterke punten onder meer het oude centrum, de winkels en de voortreffelijke horecabedrijven met de fijnste Pustertaler keuken. De dorpen van de gemeente Bruneck zijn rustiger en houden elk op hun eigen manier hun tradities levend. Hier wonen overwegend boeren die net als lang geleden van de veeteelt en de melkveehouderij leven. 

In het begin was er een kasteel
Het burchtcomplex kasteel Bruneck troont boven het stadje op een heuvel. In de 13de eeuw zetelde de bisschop van Brixen, Bruno von Kirchberg, in het dorp Aufhofen, dat volkomen onbeschermd was. De dorpen bestonden overigen voor een deel al veel langer, zo vanaf de negende eeuw. Bisschop Bruno liet de burcht bouwen om zijn gebieden in het Pustertal te beschermen. Hiermee legde hij de grondslag voor de stad Bruneck. Aan de voet van de slotberg werden de eerste woningen gebouwd. Bruneck bestond in die tijd uit slechts twee rijen huizen, die een smal straatje vormden. Pas later werd de stad uitgebreid en ontstonden de deels bewaard gebleven stadsmuren en de omringende grachten. In die tijd werd het kasteel een woonverblijf en kreeg het zijn huidige uiterlijk.Tegenwoordig is er het Messner Mountain Museum Ripa gevestigd. Een bezoek aan het museum vanuit je vakantiewoning of kamer is eigenlijk een must.
De slotberg (‘Schlossberg’) is een belangrijke plek voor de inwoners van Bruneck. Hier heerst een bijna magische sfeer. Het machtige slot brengt de bezoeker terug naar vroeger tijden. Met slechts een paar stappen ontsnapt men aan alle bedrijvigheid en kan men van de rust genieten. En wie hiervandaan ontspannen neerkijkt op het stadje en op het keteldal, wil vaak niet meer weg.

Folklore
In Dietenheim staat het Zuid-Tiroler Museum voor Volkskunde (‘Südtiroler Landesmuseum für Volkskunde’). Hier komt de bezoeker alles te weten over de boerentradities en de huizen en hoeven in heel Zuid-Tirol. Op het vier hectare grote terrein staan gereconstrueerde boerenhoeven uit de 15de tot en met de 19de eeuw, compleet met keukens, pronkkamers, slaapkamers, stallen, molens, ambachtelijke werkplaatsen, tuinen en akkers. Op het openluchtgedeelte van het terrein lopen koeien, geiten, schapen en katten rond, net als in het echte boerenleven, en bij de vijver gakken de ganzen en snateren de eenden. Verder kan de bezoeker toekijken bij het broodbaken of het scheren van de schapen. 

Trotse klederdrachten 
Net als in alle andere dorpen in het Pustertal hebben ook de plaatsen van de gemeente Bruneck elk hun eigen Kirchtag (dorpsfeest). Bij deze belangrijke gelegenheden komt iedereen bij elkaar, ook de mensen die al jaren ergens anders wonen en werken. Het is altijd leuk, en soms een beetje lawaaierig, want de muziekkapel marcheert bij deze gelegenheid in volledige bezetting en houdt zich zeker niet in. Op deze dag ziet de bezoeker ook de fraaie, traditionele klederdrachten. Tot in de 18de eeuw waren er in Zuid-Tirol kledingvoorschriften van kracht, zodat men de maatschappelijke positie van de mensen meteen kon herkennen aan hun kledij. Uit deze tijd stamt de boerenklederdracht, die zich later verder ontwikkelde. Hierdoor heeft de traditionele kleding van elk dal en elk dorp zijn eigen kleuren en patronen. Bij kerkelijke feestdagen en andere gelegenheden wordt in het stadje Bruneck zelfs de ‘Puschtra’-dracht uit de kast gehaald. Maar het ‘Sunntagiwond’ (zondagse kleren) mag pas tevoorschijn worden gehaald als de ‘Puschtra’ bij elkaar komen.