Hooioogst
Maaien, keren, afvoeren
"Wanneer de witte vlier bloeit, is het tijd om te maaien", is een oud boerengezegde. Van half mei tot eind juni brengt de eerste maaibeurt van het gras de geur van vers hooi naar de boerderijen in Zuid-Tirol.
"Wanneer de witte vlier bloeit, is het tijd om te maaien", is een oud boerengezegde. Van half mei tot eind juni brengt de eerste maaibeurt van het gras de geur van vers hooi naar de boerderijen in Zuid-Tirol.
Wist je dat hooi in de winter dient als veevoedervoorraad? Dat boeren drie tot vier keer maaien in de zomer? En dat Zuid-Tirol zulke steile weiden heeft dat op sommige plaatsen het hooi nog zonder machines wordt binnengehaald, net als vroeger? De hooioogst op de Zuid-Tiroolse bergboerderijen is een van de belangrijkste gebeurtenissen in de landbouwcyclus. Het hele jaar door worden talrijke weiden onderhouden en in de zomer gemaaid. Het weelderige groen van de weiden rond de boerderijen draagt in belangrijke mate bij tot het aanzien van het landschap. Hoog op de soortenrijke almen gedijen verschillende grassen, bloemen en kruiden. Ook dit voedselrijke gras wordt door de boerenfamilie verzameld. De gasten in de vakantiewoningen en kamers staan er tijdens de hooioogst met de neus bovenop. Niet alleen dat, ze kunnen ook flink meehelpen.
Het weer is bepalend
300 dagen zon per jaar maken van Zuid-Tirol niet alleen een stralende vakantiebestemming, ze bezorgen de bergboeren ook een overvloedige oogst. Al in de vroege zomer, afhankelijk van de hoogte, wordt tussen half mei en begin juni voor de eerste keer het gras gemaaid. Dit wordt hooi genoemd. Omdat de planten na de winter lang tijd hebben gehad om te gedijen, is dit eerste gras het rijkst aan voedingsstoffen. Om het juiste tijdstip voor de hooioogst te bepalen, moet je de weersverwachting goed in de gaten houden. En een beetje geluk hebben. Als er drie droge dagen in zicht zijn, is het tijd om aan de slag te gaan. Het malse gras wordt met machines gemaaid, op bijzonder steile hellingen moeizaam met de hand. Afhankelijk van het weer blijft het een of twee dagen op de wei liggen. Het moet steeds weer worden gekeerd, om ervoor te zorgen dat het aan beide kanten en gelijkmatig droogt. Op de derde dag zijn er veel helpende handen nodig. Het droge gras wordt bijeengeharkt, zodat de boer het gemakkelijk met de hooiwagen kan verzamelen en naar de schuur brengen. Sommige boerderijen in Zuid-Tirol liggen echter op zo'n steile helling dat het nauwelijks mogelijk is om met machines te werken. In dat geval komt er een hijswerktuig aan te pas om het hooi af te voeren.
Groamet en Pofl
Na de succesvolle eerste hooioogst zit het werk van de hardwerkende bergboeren er nog niet op. Om de schuur voldoende vol te krijgen volgt meestal half juli de tweede maaibeurt. Deze "Groamet" vindt In de hitte van de hoogzomer plaats. Op de bergboerderijen in Zuid-Tirol helpt meestal het hele gezin en zelfs de naaste familie mee bij het hooien. Eind augustus is het tijd voor de "Pofl", de derde maaibeurt. Hoe vaak er gemaaid moet worden is afhankelijk van de hoogte. Op grote hoogten zijn soms maar twee maaibeurten nodig, terwijl er in lagergelegen gebieden, met wat geluk, vier keer gemaaid kan worden.